Programmaverantwoording

Sociale voorzieningen en zorg

bedragen x € 1 miljoen

begroot

werkelijk

resultaat

lasten

316,0

312,6

3,4

baten

222,8

230,5

7,7

totaal voor reservemutaties

93,2

82,1

11,2

stortingen

7,7

4,6

3,2

onttrekkingen

1,5

0,0

-1,5

totaal

99,4

86,6

12,8

We moeten € 2,4 miljoen meer btw betalen voor individuele Wmo verstrekkingen

Wij hebben in voorgaande jaren de btw op individuele verstrekkingen teruggevorderd via het btw compensatiefonds. Het gaat onder andere om scootmobielen, rolstoelen, trapliften en woningaanpassingen. De btw op individuele verstrekkingen mag echter niet teruggevorderd worden. Deze btw is kostprijsverhogend. Alleen de btw op collectieve voorzieningen mag worden teruggevorderd.
We moeten hierdoor € 2,6 miljoen terugbetalen aan de belastingdienst. Hierover moeten we ook € 0,2 miljoen aan belastingrente betalen. Verder krijgen we € 0,4 miljoen btw terug op het individueel vervoer van de Wmo. We hebben dit inmiddels in de administratie en de begroting aangepast, zodat dit nu direct goed verloopt.

We houden € 1,6 miljoen over op de bijstandsverlening en de BBZ

We houden in totaal ongeveer € 1 miljoen over op de bijstand voor zelfstandigen. H et gaat zowel om starters als gevestigde ondernemers. Dit komt doordat het aantal toegekende aanvragen nog steeds lager is dan voor de coronapandemie. We zien het aantal aanvragen wel weer stijgen. In 2023 zijn er relatief weinig aanvragen goedgekeurd (57%), t.o.v. 86% voor de coronajaren. Dit komt onder andere omdat bedrijven niet levensvatbaar zijn of bedrijven niet alle gegevens inleveren.
We houden in totaal € 0,6 miljoen over op de reguliere bijstandsverlening. Dit komt voor € 0,45 miljoen doordat het gemiddeld uitkeringsbedrag per cliënt € 57 lager is dan begroot. Verder zijn de inkomsten uit verhaal van bijstandsuitkeringen € 0,2 miljoen hoger.

We houden € 1,7 miljoen over de energietoeslag 2023

Vanuit het Rijk is een eenmalige energietoeslag van € 1.300 per huishouden beschikbaar gesteld om inwoners te helpen bij het betalen van de hoge energiekosten. De kosten zijn € 3,2 miljoen lager dan begroot. Omdat de kosten lager zijn dan begroot hebben we geen onttrekking van € 1,5 miljoen gedaan aan de reserve bestaanszekerheid. Per saldo houden we € 1,7 miljoen over. Belangrijkste reden dat we geld over houden is doordat mensen die in 2022 geen energietoeslag kregen zelf een aanvraag moeten doen. Er kunnen tot en met 30 juni 2024 nog aanvragen worden ingediend voor de energietoeslag 2023. Hiervoor hebben we in de reserve bestaanszekerheid nog € 1,5 miljoen beschikbaar. Hieruit moeten ook de uitvoeringskosten worden betaald.

We geven € 0,7 miljoen minder uit aan trajecten voor inburgering

We hebben een aantal inburgeringsactiviteiten zoals Talent@Work, De vroege start en trainingen MAP binnen de eigen capaciteit uitgevoerd. Hierdoor hebben we minder externe kosten.  Verder zijn de kosten voor het afronden van inburgeringstrajecten van mensen die nog onder de oude wet vallen, lager dan verwacht.

We ontvangen € 0,7 miljoen meer uit het gemeentefonds

Het gaat om € 0,4 miljoen voor de kosten van asielzoekers d ie wij opvangen en die nog niet staan ingeschreven in de basisregistratie. Verder krijgen we € 0,3 miljoen voor maatschappelijke begeleiding van onder andere statushouders.

We geven € 0,7  miljoen minder uit aan kwijtschelding

De werkelijke kwijtscheldingen in 2023 waren € 2,5 miljoen. Daarnaast was er € 0,5 miljoen begroot om in de voorziening kwijtschelding te storten. Bij de beoordeling van de voorziening hebben we geconstateerd dat de voorziening al toereikend is, en er € 0,2 miljoen kan vrijvallen. Per saldo resteert er een voordeel van € 0,7 miljoen.  In 2024 onderzoeken wij of de dalende kwijtscheldingstrend nog lijkt aan te houden. Het kan zijn dat dit budget dan kan worden verlaagd.

We houden € 9,7 miljoen over op taken waarvoor het budget in volgende jaren nodig is

Het gaat hierbij vaak om taken met een specifieke financiering en incidenteel karakter. De financiering ontvangen we vaak in één keer de kosten spreiden zich uit over meerdere jaren. Het gaat om:

€ 5,2 miljoen over op de hulp aan de gedupeerden van de kinderopvangtoeslag affaire.

Wij krijgen van het Rijk een normbedrag per gedupeerde die wij helpen. Het gaat om het opstellen van een plan van aanpak en nazorg. D e begeleiding wordt grotendeels uitgevoerd door de gemeente en de Schoor. Het voordeel komt omdat de kosten voor de hulp van gedupeerden doorlopen in de jaren 2024-2027. Ook zijn de normbedragen die we ontvangen met terugwerkende kracht verhoogd door het Rijk.

€ 3,7 miljoen over op de arbeidsmarktregio (regionale re-integratie)

Ten eerste houden we € 0,2 miljoen over op de ontwikkeling van het Regionaal Mobiliteitsteam (RMT). Het geld dat over is, is in 2024 nodig om de doorontwikkeling af te ronde. Ook houden we € 3,5 miljoen over op regionale projecten die het Regionaal Werkbedrijf (RWF) uitvoert. Het gaat bijvoorbeeld om de aanpak van jeugdwerkloosheid, dichter bij dan je denkt en perspectief op werk!. Deze middelen hebben we grotendeels ontvangen vanuit coronamiddelen. De lagere uitgaven komen onder andere doordat het RWF een nieuwe koers wil bepalen. In het tweede helft van 2023 zijn er daarom veel minder projecten uitgevoerd. Het RWF heeft voor 2024 en 2025 een nieuwe begroting vastgesteld, waarin rekening is gehouden met het overgebleven geld.

€ 0,5 miljoen over op revolverend fonds schulden

In het coalitieakkoord zijn middelen beschikbaar gesteld voor het overnemen van schulden van mensen. Wij zijn sinds kort via de Kredietbank Nederland aangesloten bij het Waarborgfonds Saneringskredieten. Deze taak wordt tegen minimale kosten al voor ons uitgevoerd. Een (nieuw) revolverend fonds is niet nodig. Via een amendement bij de vierde kwartaalrapportage 2023 is besloten om het geld in 2024 te storten in de reserve bestaanszekerheid.

€ 0,3 miljoen over de op opvang van statushouders in hotels (HAR)

Via de Hotel- en Accommodatieregeling (HAR) krijgen wij van het Rijk geld om statushouders 6 maanden in hotels te huisvesten. Dit is een tijdelijke oplossing voor de stagnerende uitstroom bij het asielzoekerscentrum door het tekort aan woningen. De kosten zijn € 0,5 miljoen hoger door een grotere instroom en een langer verblijf in de HAR. Tegenover de hogere instroom staat een hogere rijksvergoeding van € 0,8 miljoen. Het saldo van € 0,3 miljoen is nodig om de opvang in 2024 te kunnen betalen.

Het overige voordeel van € 0,1 miljoen bestaat uit diverse kleine voor- en nadelen.

Deze pagina is gebouwd op 06/27/2024 17:13:56 met de export van 06/27/2024 17:01:56